Een gesprek met Don Boscoanimatoren:
Kobe en Myrthe, Emma en Minard


Emma Gworek, animator speelplein Heidevreugde

Minard Pompen, animator speelplein Heidevreugde

Kobe Jaubin, hoofdanimator DBOH, instructor animatorcursus i.s.m. Het Balanske

Myrthe Poesen, animator DBOH

Waarom zijn jullie animator geworden?

Kobe: Bij ons op school werd er reclame gemaakt voor de animatorcursus. Ik heb me laten overtuigen en heb me ingeschreven. Ik was een gesloten, stille jongen. Op animatorcursus ben ik helemaal opengebloeid.
De mensen en wat we daar deden, spraken me meteen aan. Ik leerde er in mezelf geloven en ik kon er laten zien wie ik echt was, de persoon die ik nooit eerder durfde te zijn.
De animatorcursus heeft compleet mijn leven veranderd! Na de animatorcursus ben ik vrijwilliger geworden bij Het Balanske en op het Don Boscospeelplein in Oud-Heverlee. Dat was direct mijn thuis en daar wilde ik niet meer weg. Na zes jaar moet ik nu afscheid nemen omdat ik hoofdanimator zijn niet meer kan combineren met mijn job. Hoofdanimator zijn vraagt immers ook een engagement tijdens het jaar. Misschien kan ik nog terugkomen als animator, enkel tijdens de zomer?
De kinderen animeren vind ik zo fijn, ik wil mezelf daarin blijven uitdagen om dat goed te doen.

Myrthe: Ik ben als tiener bij Don Bosco Oud-Heverlee terechtgekomen. Ik kon er helemaal mezelf zijn, ik ben er ook echt opengebloeid. Ik wilde er graag mee verder gaan en daarom ben ik animator geworden. De animatorcursus was voor mij ook een hele ervaring omdat ik in een groep terechtkwam met jongeren met ongeveer dezelfde mindset en interesses. Dat klikte meteen heel goed.

"De animatorcursus heeft compleet mijn leven veranderd!" Kobe

Heb jij een tip voor andere animatoren?

Kobe: Als je werkt met kinderen met een beperking, dan vraag je best eerst aan het kind zelf wat je kan doen om hem of haar te helpen. Dat geldt zowel voor kinderen met autisme als voor kinderen in een rolstoel. Ze beseffen zelf heel goed wat hun beperking inhoudt. Ze kunnen zelf tips en tricks aanreiken en jou daarin sturen. Maar ik kan iedereen zeker aanraden om voor de animatorcursus in samenwerking met Het Balanske te kiezen.

Myrthe: Jezelf blijven tegenover kinderen. Zo zullen ze jou appreciëren en kunnen ze ook zichzelf zijn en zich op hun gemak voelen bij jou.

Waarom is het interessant voor jou om animator te zijn?

Emma: Ik zou iedereen aanraden om speelplein te doen. Ik vind dat je er zelf ook fel van groeit. Volwassen worden is eigenlijk heel saai. Door op het speelplein te zijn, kan je het kind in jezelf nog eens naar boven halen. Het heeft mij ook geholpen om keuzes te maken voor mijn toekomst.
Het zorgaspect in mezelf heb ik er ontdekt. Het sprak me altijd aan om wenende kindjes die gevallen waren te helpen. Ik studeer nu verpleegkunde. Op het speelplein heb ik ook geleerd om sociaal te zijn en om goed met feedback om te gaan door de reacties die ik gekregen heb als animator.
Dat is nu belangrijk bij mijn studies. Op het speelplein heb ik ontdekt waar ik goed in ben en wie ik ben. Ze accepteren je er ook hoe je bent, want iedereen is er even gek.

"Animator zijn heeft mij geholpen om keuzes te maken voor mijn toekomst." Emma

Wat maakt dat je dat op het speelplein ontdekt en niet op school?

Emma: Op school is het heel anders. Daar hebben ze andere verwachtingen. Je hebt er op sociaal vlak altijd nog een onderscheid tussen de populaire en minder populaire jongeren. Op het speelplein heb je dat niet: je kan hier zo gek zijn als je wil. Hoe gekker, hoe liever zelfs. (lacht)

Zouden jullie je eigen kinderen later ook naar het speelplein sturen?

Emma: Ja, heel zeker. Dat is keigoed voor hun opvoeding. Zo leren ze omgaan met andere kinderen. Bij ons in Genk leer je er ook omgaan met andere culturen. Je gaat er met iedereen om, iedereen is hetzelfde.

Komen ze op het speelplein meer in contact met andere culturen dan op school?

Minard: Ja, ik vind van wel. Op school zit je samen in de klas, maar op de speelplaats kies je met wie je speelt. Op het speelplein zit je in een groep en met die groep moet je spelen.

Emma: Op het speelplein leer je veel meer met anderen omgaan. Pestgedrag, zeker als dat bijvoorbeeld om huidskleur gaat, wordt bij ons heel streng aangepakt en meteen opgelost met de kinderen.

Ligt jouw job in het verlengde van jouw ervaringen op het Don Boscospeelplein?

Kobe: Ja, eigenlijk wel. Ik ben leerkracht lager onderwijs. Ik probeer daar een speelse invulling aan te geven. Ik kreeg tijdens stages vaak te horen dat ik te veel een animator voor de klas was. Dat vond ik wel jammer, want op die speelse manier kreeg ik wel alles gedaan. Dat prikkelde de kinderen keihard. Ik voel me heel goed in de job die ik nu kan doen. Het contact met de kinderen vind ik heel tof.

Toen ik op het speelplein stond, heb ik gemerkt dat ik veel energie kreeg van de kinderen. Zodra de kinderen aankwamen, kreeg ik een enorme boost. Dat is nu tijdens mijn job net hetzelfde.

Wat kan Bosco Base nog organiseren voor Don Bosco-animatoren?

Kobe: Ik vind het altijd leuk om de weekdansjes van andere speelpleinen te zien. Misschien kunnen jullie daar iets mee doen? Het zou leuk zijn als we dat van elkaar konden zien en van elkaar die dansjes kunnen leren.

Myrthe: Misschien een uitwisseling binnen de speelpleinen in Vlaanderen? Ik denk dat dat wel tof kan zijn, zoals we dat nu al met het buitenland doen. Zo kunnen we zien hoe die andere Don Boscospeelpleinen werken.